Portugees


Portugees 1.0

van Portugal; uit Portugal; in Portugal; van de Portugezen; bij de Portugezen

Algemene voorbeelden


Op 18 juni besliste de Portugese regering de aandelenruil tegen te houden, omdat er naar haar zeggen nationale belangen op het spel stonden.

Mijn jaren in Europa, Karel Van Miert,

Onderaan de loopplank hield de Portugese stuurman hem staande.

Voel maar, Jan Brokken,

Woordfamilie


Als deel van een afleiding


Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


Portugees 2.0

iemand met de Portugese nationaliteit; iemand die behoort tot het Portugese volk; iemand die afkomstig is uit Portugal; inwoner van Portugal

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een Portugees…

is een persoon

  • [Plaats] woont doorgaans in Portugal
  • [Plaats van herkomst] is afkomstig uit Portugal; is geboren in Portugal
  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] heeft de Portugese nationaliteit; is Portugees staatsburger

    Algemene voorbeelden


    Sampaio zei dat hij "president van alle Portugezen" zal zijn als hij op 9 maart wordt beëdigd tot opvolger van aftredend president Mario Soares.

    De Standaard,

    In het titelverhaal legt Komrij uit hoe je, om iets van een Portugees gedaan te kunnen krijgen, eerst uitgebreid met hem moet gaan lunchen.

    De Standaard,

    Portugees 3.0

    de Portugese taal

    Betekenisbetrekking


    metonymie
    Betrokken betekenissen 3.0 : 2.0

    Semagram (extra betekenisinformatie)


    Het Portugees…

    is een taal

    • [Groep] is een Romaanse wereldtaal
    • [Plaats] wordt gesproken in Portugal, op Madeira en de Azoren, in Brazilië, Angola, Guinee-Bissau, Equatoriaal-Guinea, Sao Tomé en Principe, Oost-Timor, Kaapverdië, Mozambique, en andere gebieden, zoals Goa en Malakka
    • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] bestaat in verschillende regionale varianten

      Algemene voorbeelden


      De taalverwerving is gericht op de Europese variant van het Portugees.

      http://www2.let.uu.nl/Solis/portugees/

      Combinatiemogelijkheden


      met adjectivisch tegenwoordig deelwoord


      • vloeiend Portugees

      En wat een veine had de zaak, ging hij onnodig verder, dat zij beschikte over iemand zoals ik - niet alleen die ervaring, maar onze Enders sprak nog vloeiend Portugees ook!

      Quissama, F. Springer,

      als object bij een werkwoord


      • Portugees spreken

      De eerste keer dat ik naar Brazilië vertrok was erg spannend, want ik sprak geen Portugees.

      Meppeler Courant,

      • Portugees verstaan

      Ik versta Portugees, maar zou het graag beter spreken.

      http://www.redemptoristen.nl/Mondiaal/injoened.htm,

      Woordfamilie


      Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


      Portugees 4.0

      behorend tot de Portugese taal; in het Portugees

      Betekenisbetrekking


      metonymie
      Betrokken betekenissen 2.0 : 4.0

      Algemene voorbeelden


      De man liet een stroom van Portugese klanken over zijn tong rollen, waarop geen enkele scheidsrechterlijke reactie volgde.

      NRC,