architectuurcriticus


architectuurcriticus 1.0

iemand die zich, voor zijn beroep of uit liefhebberij, bezighoudt met het kritisch bespreken van architectonische uitingen, vooral bouwwerken, en architectuur in het algemeen, meestal in de media

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een architectuurcriticus…

is een criticus; is een persoon

  • [Toepassingsgebied of bereik] bekritiseert architectonische uitingen en architectuur in het algemeen

    Algemene voorbeelden


    Al in 1921, toen de suburbs nog een nieuw verschijnsel waren, noemde Amerika's bekendste architectuurcriticus Lewis Mumford ze een wasteland, een woestenij.

    http://www.nrc.nl/W2/Nieuws/2000/08/11/Vp/bk1.html,

    Het was de Duitse architectuurcriticus Siegfried Giedion die met zijn boek Bauen in Frankreich, bauen in Eisen, bauen in Eisenbeton (1928) als eerste de aandacht van Franse en Duitse avant-garde fotografen op het bouwwerk vestigde.

    De Standaard,

    De term Postmodernisme werd waarschijnlijk voor het eerst gebruikt door de architectuurcriticus Charles Jencks in zijn boek The Language of Post-Modern Architecture uit 1977. Hij definieerde Postmodernisme als een 'populistische, pluralistische kunst, die onmiddellijk communiceert'.

    http://users.compaqnet.be/architectuur20/overzicht.htm,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding