demoniseren


demoniseren 1.0

(politiek en bestuur)

iemand of iets als kwaad beschouwen; iemand of iets als duivels voorstellen; iemand of iets doelbewust als zeer negatief voorstellen, met de bedoeling de meningsvorming over die persoon of die zaak te beïnvloeden
Het woord demoniseren ontstond al in 1941 en is een tijd niet gebruikt en wordt nu opnieuw gebruikt, vooral in politieke context, en kwam weer op toen Pim Fortuin politiek zeer actief werd; het woord demoniseren is dus een herintreder in het taalgebruik.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Demoniseren…

is beschouwen; is een handeling

      Algemene voorbeelden


      In zijn drang om het Vlaams Blok te demoniseren, vergeet Verhofstadt blijkbaar dat hij zijn liberale geestesgenoten van de VVD in Nederland, die met de LPF volgens Verhofstadt nooit in zee hadden mogen gaan, een dolk in de rug steekt.

      http://vlaamsblok.be/pers_2002-10-18.shtml,

      Naar monsters zoekt men vergeefs in Het hol van de eeuw, een voorstelling over de nazi-leiders en hun vrouwen. Wat schieten we ermee op om misdadigers te demoniseren, moeten de makers hebben gedacht.

      NRC,

      Door Fortuyn te demoniseren en het eigen politieke gelijk uit te venten in plaats van te communiceren met de mensen die zich in de steek gelaten voelen isoleert radicaal-links zichzelf.

      http://www.autonoomcentrum.nl/