graaitaks 1.0
(politiek en bestuur; pejoratief; neologisme)
(voorgenomen) extra belastingheffing op de als buitensporig hoog ervaren inkomens
van topmanagers in het bedrijfsleven
Algemene voorbeelden
De PvdA-fractie in de Tweede Kamer wil werkgevers onder druk zetten om de buitensporig hoge beloningen in de top van de ondernemingen aan te pakken [...]. De Tweede Kamer debatteert morgen over een brief die minister Wouter Bos en staatssecretaris Jan Kees de Jager van Financiën naar de Tweede Kamer hebben gestuurd. Daarin wijzen ze een extra belasting op de topinkomens, de door FNV-voorzitter Agnes Jongerius bepleite graaitax, af.
Combinatiemogelijkheden
met substantief ervoor
- een rist graaitaksen
Naast de rubriek gebruik/dag staan er nog een hele rist "graaitaksen".
Etymologie
| Aard herkomst | inheems woord |
|---|---|
| Vroegste datering | 2007 |
| Bedenker | Het woord werd geïntroduceerd door de voorzitter van de Vakcentrale FNV Agnes Jongerius. |
| Benoemingsmotief | Door het gebruik van de stam van het werkwoord graaien in de betekenis 'zichzelf op ontoelaatbare wijze verrijken bij het uitoefenen van een functie' wordt gesuggereerd dat de topmanagers zich door het opstrijken van hoge inkomens en bonussen schuldig maken aan ontoelaatbare praktijken. |
| Bijzonderheden | In België werd de invoering van een graaitaks bepleit door ABVV-voorzitter Rudy de Leeuw, waarna het begrip ook in België ingang vond, als alternatief voor het oudere synoniem kleptocratentaks. |