stationschef


stationschef 1.0

iemand die de organisatorische leiding heeft over een spoorwegstation; iemand aan het hoofd van een treinstation; hoofd van een treinstation
Is in Nederland als beroepsnaam verouderd.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een stationschef…

is een persoon

  • [Plaats] is werkzaam op een spoorwegstation
  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] heeft de organisatorische leiding over een spoorwegstation

    Algemene voorbeelden


    Toen ik 's anderendaags in Maastricht van de trein stapte, zag ik op het perron een bordje. "NS-bedrijfsleider", stond erop. Zo iemand heet bij de NMBS nog "stationschef", vrees ik.

    De Standaard,

    Kunnen we de stations niet verfraaien door er een winkelcentrum omheen te bouwen en er particuliere investeerders voor aan te trekken, vraagt Armand Coenegrachts zich af. "Daar komt beterschap in", zegt Schouppe. "Vroeger was een stationschef er alleen in geïnteresseerd dat zijn treinen op tijd vertrokken. Nu willen we van stations handelscentra maken."

    De Standaard,

    Elke trein komt afgeladen vol aan. Ook in de dubbeldekstreinen staan de mensen recht. Door luidsprekers verzoekt de stationschef de reizigers zo snel mogelijk het gebouw te verlaten. Een vrome wens, want alle uitgangen zitten dicht. De trip van de perrons naar buiten duurt meer dan drie kwartier.

    De Standaard,

    De scheurende herrie van de wissels, de schreeuw van de stationschef met zijn geheven spiegelei, het gerommel van honderden stemmen onder de overkapping, hij kende het – allemaal motieven van dezelfde afgegraasde symfonie.

    't Is zo weer nacht, Joyce Roodnat,

    De stationschef hield het vertreksein al omhoog toen er plotseling in het midden van de trein een raam werd opengeschoven en de hoofden van Jan Broekman en Piet Zeeman staken naar buiten. Ze riepen ook en zwaaiden ook met hun armen. De trein zette zich langzaam in beweging en gelukkig hoorde en zag moeder hen, en met de steeds meer vaart krijgende trein meelopend konden ze elkaar gelukkig nog net een hand geven.

    Twee vorstinnen en een vorst, R.J. Peskens,

    Er lagen wat dorpen in de buurt. En door één van die dorpen liep een spoorweg en er was daar een stationnetje waar Frederik werd geboren bij de vrijwel bejaarde stationschef en zijn iets jongere vrouw.

    Henry; Snelle schets van het dagelijks leven op het einde van de twintigste eeuw, Peter De Graef,

    Waarom, vroeg ik mij af, gaven kaartjesverkopers, kruiers, stationschefs, seinwachters, machinisten, conducteurs en de mannen die overwegen sloten er niet de brui aan om in het verborgene het einde der tijden (of toch: van hun tijd) af te wachten?

    Emmeke, Jan Lampo,

    Combinatiemogelijkheden


    met koppelwerkwoord


    • stationschef zijn

    Atget werd geboren te Libourne, bij Bordeaux, in 1857. Zijn ouders verloor hij vroeg en hij werd opgevoed door een oom die stationschef was.

    Ik draag geen helm met vederbos, W.F. Hermans,

    met voorzetselgroep


    Voorzetsel: in

    • stationschef in Jarnac

    De vader van Mitterrand was stationschef in Jarnac, in de streek van Cognac.

    De Standaard,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    Overige woordfamilieleden


    stationschef 2.0

    (transport, verkeer en reizen)

    iemand die aan het hoofd staat van de afdeling belading en vrachtdienst op een luchthaven; hoofd van de afdeling vracht op een vliegveld

    Semagram (extra betekenisinformatie)


    Een stationschef…

    is een persoon

    • [Organisatie of instelling] staat aan het hoofd van de afdeling belading en vrachtdienst
    • [Plaats] is werkzaam op een luchthaven

      Algemene voorbeelden


      Eén van de zes loodsen werd omgebouwd en de KLM kreeg toestemming een keer per dag te starten of te landen op Schiphol. In die loods van 20 bij 25 meter ging Dellaert als stationschef en tevens chef Vliegdienst met een assistent, een klerk, twee Engelse monteurs uit de Royal Air Force (RAF), een Nederlandse hulpmonteur en een chauffeur aan de slag. Waar nu allerlei functies fysiek gescheiden zijn, werden toen passagier, post, vracht in een ruimte afgehandeld.

      https://ambtenarengeschiedenis.pleio.nl/blog/view/27641532/jan-dellaert-luchtvaartpionier-in-gemeentedienst,

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding


      Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen