gisterenmiddag


gisterenmiddag 1.0

(Voor de woordvorming vergelijk Algemene Nederlandse Spraakkunst 2.6.2.5.)

in de middag van de vorige dag; in de middag van gisteren

Algemene voorbeelden


Ruim 200 T-shirts, sokken, onderbroeken, bikini's en andere kledingstukken vlogen gisterenmiddag boven het Scheveningse strand. De kleding was vastgebonden aan een 30 meter lange vlieger, die in het kader van het Nationale Nederlanden Vliegerfeest alvast een proefvlucht maakte.

De Telegraaf,

Gisterenmiddag kwamen zo'n tweehonderd ondernemers en vertegenwoordigers van ondernemersverenigingen in het pakhuis van de Nederlandsche Bank (DNB) in Lelystad bijeen om zich te laten bijpraten over de komst van de euro.

NRC,

Treinen en spoorinstallaties kreunen onder de aanhoudende vorst [...]. Gisterenmiddag knakten enkele leidingen op het traject tussen Mechelen en Vilvoorde.

De Standaard,

De echtgenote van de Britse ambassadeur in Brussel, deelde gisterenmiddag in de residentie een pak checks uit aan vertegenwoordigers van een tiental caritatieve en wetenschappelijke instellingen.

De Standaard,