niksen


niksen 1.0

(informeel)

bewust niets uitvoeren; luieren

Semagram (extra betekenisinformatie)


Niksen…

is een bezigheid

      Algemene voorbeelden


      Ik zal het anders zeggen: als het is om niks te doen, dan blijf ik liever thuis. Daar is namelijk alles voorhanden om uitgebreid niks te doen. En in de maanden juli en augustus word ik daarbij prima geholpen door mijn medemensen, die allemaal ergens heen zijn en dus niet phonen of faxen of mailen of mij anderszins afhouden van wat ik hier op aarde misschien wel het allerliefste doe: niksen. Ach, ik scheer wel eens een haag of ik maai wat gras, maar dat zijn van die dingen die bij 'niks doen' horen.

      Werk, Josse De Pauw,

      Sneeuwvakantie, gezellig bij de haard niksen met vrouw en kinderen.

      De Standaard,

      Combinatiemogelijkheden


      overig


      • liggen te niksen
      • lopen te niksen
      • staan te niksen
      • zitten te niksen

      Best mogelijk dat degene die er in het verleden een zaak van heeft gemaakt om uit mijn papiermandje systematisch weg te halen wat ik er te goeder trouw in deponeerde, met de opbrengst ervan over enkele jaren languit aan de Azurenkust in de schaduw van een met mijn zweet betaalde oleander lekker ligt te niksen. Met een pastis naast zich op een bankje.

      Zoals zand tussen de vingers, Jos Ghysen,

      Ze zou terloops tegen Broman zeggen dat haar ouders zich zorgen maakten over Adolf, die thuis maar liep te niksen.

      Anna, Hanna en Johanna, Marianne Fredriksson,

      Ik wees op een geüniformeerde mevrouw links die even stond te niksen.

      NRC,

      'Hannelore heeft gelijk', zei Versavel. 'Het is deontologisch niet verantwoord dat we hier de hele dag zitten te niksen.' 'Aan mij zal het niet liggen', zei Van In. 'Ik ben aan het nadenken.'

      Pandora, Pieter Aspe,