opvoedpoli 1.0
((vooral) in Nederland; neologisme. Aanvankelijk als eigennaam met een hoofdletter gespeld, maar inmiddels min of meer tot soortnaam geworden en daarom met een kleine letter gespeld.)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een opvoedpoli…
is een polikliniek
- [Activiteit of handeling] geeft ouders antwoorden op opvoedkundige vragen en/of hulp bij opvoedproblemen
Algemene voorbeelden
Pim Pelupessy (42), pedagoog, werkte jarenlang in de jeugdhulpverlening en is nu directeur van de opvoedpoli die op 9-9-2009 zijn deuren opent in Alkmaar.
Een centrum waar ouders terechtkunnen voor informatie en advies, kortdurende hulpverlening en cursussen. Dat staat Family Care in Dordrecht voor ogen met de nieuwe christelijke opvoedpoli [...]. De nieuwe organisatie richt zich op praktische ondersteuning van ouders en wil uitgroeien tot christelijk kenniscentrum op het gebied van opvoeding [...]. Speerpunt van Family Care is het starten van opvoedpoli's op diverse plaatsen in het land.
In Amsterdam opent een particuliere 'opvoedpoli' die belooft meer te bieden dan het huidige aanbod van jeugdhulpverlening, haar deuren. Geen wachtlijsten, wel vergoeding door de verzekering en geen doorsturen van het kastje naar de muur, belooft de Opvoedpoli.
Drie jaar geleden ging De Opvoedpoli van start. Een bedrijf dat hulpverlening aan gezinnen met problemen als core business heeft. De formule slaat aan: in drie jaar tijd groeide De Opvoedpoli naar zeven vestigingen; de komende vijf jaar moeten er daar nog ruim veertig bij komen.
De Opvoedpoli in Amsterdam groeit als kool. Na ruim twee jaar telt de particuliere zorginstelling, waar ouders, kinderen en jongeren terechtkunnen met vragen of problemen over opvoeden, vier vestigingen.
Woordfamilie
Overige woordfamilieleden
Etymologie
| Aard herkomst | inheems woord |
|---|---|
| Vroegste datering | 2008 |