sjans


sjans 1.0

gelegenheid tot een toenadering, flirt of avontuurtje
Alleen in de verbinding sjans hebben.

Vaste verbindingen


sjans hebben (van of met iemand)

  1. blijkens flirtgedrag succes hebben bij iemand

    Met versieren is het net zoals met dansen, je moet het leren. Toen ik pas in die dancings kwam, was ik een schuw vrouwtje. Maar ik heb gezien welke meiden sjans hadden en daar ben ik naast gaan zitten.

    Gevallen vrouwen, Laurie Langenbach,

    Op de dansvloer heeft hij sjans met een meisje, maar hij heeft er geen zin in [...]. Hij baalt dat hij ervan baalt dat Fleur gaat trouwen. Hij wil eigenlijk alleen nog maar naar huis, maar het meisje houdt vol en haalt hem over om met haar te dansen.

    Westenwind, Simone Duwel,

    Opeens had hij sjans van een geverfde oude nicht, die aan de reling in het donker tuurde, maar hem over zijn schouder soms een smachtende blik toewierp, en daarna steeds even lachte als de Cheshire Cat in Alice in Wonderland.

    Een valse nicht, Guus Vleugel,

Woordfamilie


Als deel van een afleiding