Angolees


Angolees 1.0

van Angola; uit Angola; in Angola

Algemene voorbeelden


De VN kunnen slechts via officiële kanalen in een land activiteiten ontplooien, en zijn dus afhankelijk van de medewerking van de Angolese overheid.

NRC,

Voormalige CIA-agenten schopten in de jaren zeventig keet met verhalen over fabelachtige sommen Amerikaans overheidsgeld die aan Mobutu waren toegestoken. Geld dat onder meer bedoeld was om tussenbeide te komen in de Angolese burgeroorlog.

De Standaard,

Woordfamilie


Als deel van een afleiding


Angolees 2.0

iemand met de Angolese nationaliteit; iemand die behoort tot het Angolese volk; iemand die afkomstig is uit Angola; inwoner van Angola
In het meervoud ook in toepassing op het volk.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een Angolees…

is een persoon

  • [Plaats] woont doorgaans in Angola
  • [Plaats van herkomst] is afkomstig uit Angola; is geboren in Angola
  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] heeft de Angolese nationaliteit; is Angolees staatsburger
  • [Taal] spreekt Portugees

Algemene voorbeelden


Aangemoedigd door de wapenstilstand tussen Unita en de regering, de extreme droogte èn de bepaling van de regering dat de bevolking voortaan vrijelijk ruwe diamant mag bezitten, begaven naar schatting 50.000 Angolezen en bewoners van naburige landen zich naar de diamantvelden op zoek naar het geluk.

NRC,

De zelfverrijking van de elite steekt schril af bij de afhankelijkheid van miljoenen Angolezen van voedselhulp. Tientallen buitenlandse hulporganisaties houden het land op de been.

NRC,