pafpaal


pafpaal 1.0

(informeel; neologisme)

paal of zuil op stations of andere openbare plaatsen waaromheen rokers binnen een beperkte straal mogen roken

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een pafpaal…

is een paal; is een voorwerp

      Algemene voorbeelden


      Raoul Struijck, directeur van Erdi, en wethouder Ronald Ootjers showen de nieuwe pafpaal op het Damplein in Zaandam. Donderdag 25 juni hebben zij deze geplaatst om de overlast van peuken op de grond tegen te gaan. De nieuw ontwikkelde pafpaal van het Zaanse bedrijf Erdi heeft verschillende voordelen. Zo walmen niet goed uitgedrukte sigaretten niet lang na, zijn de palen makkelijk te legen en uitnodigend voor gebruik, omdat ze de vorm van een sigaret hebben.

      http://www.zaanstad.nl/repositories/pdfs/zs_journaal/Zaanstad_journaal-090701.pdf,

      Ik rook dus niet meer. Maar sommige van mijn beste vrienden nog wel en ik ben ontzettend solidair. Dus een enkel keertje krijgt iemand me op het perron wel mee naar de pafpaal en omdat het daar stinkt steek ik er ook maar een op want er is niets beters tegen stinkende oude rook dan lekkere verse.

      http://www.anjameulenbelt.nl/weblog/2005/04/29/de-pafpaal/,

      De Voedsel- en Warenautoriteit, die erop moet toezien dat de rookverboden worden gehandhaafd, kan zo'n 100 inspecties per dag uitvoeren. Het is sterk de vraag of dat genoeg is om niet een nieuw onderwerp voor gedoogbeleid te laten ontstaan. In dat geval hebben we slechts ergernis, verkoudheden en een paar nieuwe woorden - rookzuil, pafpaal - aan het overheidsinitiatief overgehouden.

      Algemeen Dagblad,

      Etymologie


      Aard herkomst inheems woord
      Vroegste datering 2004
      Omstandigheden opkomst Het gebruik van pafpalen is opgekomen na de invoering van het recht op een rookvrije werkplek op 1 januari 2004.
      Bijzonderheden Volgens Taalpost 225 op 2 januari 2004 schriftelijk geïntroduceerd in NRC Handelsblad.