hutspot

Hutspot is één van de verschillende soorten stamppotten die wij kennen, en wordt meestal gegeten in de winter omdat het gemaakt wordt van winterwortelen.

"Wij aten op 3 oktober altijd hutspot voor Leidens Ontzet'.

Het traditionele diner bestaat meestal uit aardappelen, gekookte groente en vlees met jus, of uit een eenpansgerecht van een gekookte groente, gemengd met aardappelpuree: stamppot (zoals hutspot, zuurkool of boerenkool).

Ten slotte de winterpeen, die zo mag blijven heten omdat de consumptie van de grote oranje wortel nog altijd een winterse aangelegenheid is. Onmisbaar ingrediënt van hutspot, die bij voorkeur niet in juli of augustus wordt opgediend.

Omdat het niet leuk is om twee keer hetzelfde te koken, om meer variëteit te hebben, kook ik ook Chinees of Italiaans. Hollands ook, zoals hutspot, voor een huiselijk diner.

De redactie verzocht historicus Bernard Vermet [...] om denkend aan Jeroen Bosch vrijelijk te associëren op tien trefwoorden. Gerecht: "Geen twijfel over mogelijk: hutspot. Dat schotelde Bosch als cadeau voor aan de Zwanenbroeders, waar hij lid van was. Hij gebruikte 25 pond vlees en peentjes. Nee, geen aardappelen. Kenden ze nog niet."

De kok kookt ook elke avond apart voor de Nederlanders hutspot, boerenkool en andere Hollandse kost.

Louis hielp haar de groenten schoonmaken en snijden, de rapen, de wortels, de selderij, het wit van prei, de groene kool. Bomama schilde de aardappelen. Er was rundvlees, kalfsnek, schaapsschouder, spiering, staart van een varken en mager gezouten spek. 'Geen hutsepot lijk dat uw moeder maakt, Louis, die slappe kost uit haar streek. Dat noem ik geen hutsepot, dat noem ik soep of pot-au-feu. In een serieuze hutsepot moet de fourchette blijven rechtstaan.'

Raap is vooral lekker met een sausje. De raap is ook geschikt voor stamppotten en hutspotten.

Of wat dacht je van hutsepotten met veel inheemse groenten, zalige pasta's en granenschotels?

Het inleidende praatje was een hutspot van Freud, markies De Sade, provo, vrijheid en het damesblad Libelle.

Het was de periode waarin de laatste modernen moesten ervaren dat de wacht niet werd afgelost en waarin het postmodernisme weinig opleverde (het dolste gebouw dat in het boek staat afgebeeld, is wel het psychiatrisch instituut in Wasmes, een onwaarschijnlijke hutspot van architektuurherinneringen).

Voor deze feestelijke hutspot van verschillende muziekstijlen werd de term 'Zydeco' (spreek uit 'zaidieko') bedacht, een verbastering van de titel van een hit uit die tijd: 'Les Haricots Sont Pas Sale'.

Soms benoemt hij die met de in zijn vak gebruikelijke vrolijke hutspot van Latijn en Grieks, of in het nog gebruikelijker broken English, maar hij komt ook op de proppen met alamisatie (het organisatieniveau van een individu plus zijn werktuigen), een term die hij van het aloude Vlaamse "alaam" afleidt.